|
Voorzichtig steek ik mijn hoofd naar buiten. Kijk naar links, naar rechts en weer naar links. Geen fietsers of pizzabezorgers op de stoep. Ik stap naar buiten, trek de voordeur achter mij dicht, loop naar de straatkant en stap op mijn fiets. Al na een paar meter blokkeren stilstaande auto's mijn weg. Twee dubbel geparkeerde vrachtwagens belemmeren het verkeer in de Zwart Janstraat, een drukke winkelstraat in het Oude Noorden van Rotterdam. Een rode vrachtwagen van een bekende fastfoodketen blokkeert het zebrapad bij de Derde Pijnackerstraat. Een bejaarde dame met rollator moet om de vrachtwagen heenlopen, langs de wanordelijke rij auto's. Ik wring mij tussen de auto's door en vervolg mijn weg.
Bij de kruising met de Bergweg staat het stoplicht op rood. Ik stop voor de witte streep. Het licht springt op groen. Wie nu oversteekt zonder eerst goed te kijken, is dwaas. Of levensmoe. Van links scheurt een auto door het rode licht, vlak langs de voetgangers die willen oversteken. Ik steek de Bergweg over naar de Rodenrijselaan. Het fietspad is hier duidelijk aangegeven door een op het wegdek getekende witte fiets met daarnaast een onderbroken witte streep. Ter hoogte van de snackbar staan auto's op het fietspad geparkeerd. Wie een auto heeft gaat uiteraard niet lopen voor zijn patat met mayonaise. Ik wijk uit voor de wagens. Met snelheden van boven de 50 kilometer per uur rijden tegemoetkomende auto's rakelings langs mij. De maximumsnelheid in deze laan is 30 kilometer.
Het Oude Noorden is veiliger geworden. Volgens de politie. Wie zoiets beweert komt waarschijnlijk nooit buiten. Je ziet hier dan ook eerder twee beren broodjes smeren dan agenten bekeuringen uitdelen.
|