Waarom stagiaires assertief moeten zijn

 
'Kom je zo even naar mijn kamer?'
Wat heb ik nu weer gedaan, denkt Annet.
Uit de stem van Hank kan ze niets opmaken, het kan vriezen of dooien.
Maar ja, als de creative director van hun reclamebureau roept, dan komt ze.
'Heb je al actie ondernomen voor een nieuwe stagiaire?'
Dat valt dus mee, geen geschreeuw vandaag.
Maar hij biedt haar ook geen koffie aan.
'Ik weet eigenlijk niet of we daar weer aan moeten beginnen.'
Hank kijkt haar zwijgend aan. Hoe zal ze dit nu eens inkleden?
Ze haalt diep adem en springt in het diepe.
'Die vorige stagiaires waren geen succes. Lieve kinderen hoor, maar een stelletje sufkoppen eigenlijk. Die hogeschool brengt ze wel wat vakkennis bij, maar ze hebben geen idee hoe ze op de been kunnen blijven in zo'n bureau als dat van ons.'
Terwijl Hank rood aanloopt voelt ze zichzelf alsmaar kleiner worden.
'Dan zorg jij maar dat ze het wel leren. Daar betaal ik je voor tenslotte. Ik wil volgende week drie sollicitanten zien. En nu mijn kamer uit.'
Annet voelt zich op dit moment de grootste sufkop. Hoe kan ze iemand leren wat ze zelf niet kan? Hoe kan ze een student leren assertief te zijn als ze zich zo op haar kop laat zitten door haar baas, net als haar collega's?
Even later hangt ze aan de telefoon met de stagecoördinator van de hogeschool. En ze hoort zichzelf zeggen: 'Dit jaar graag een student die echt in de sfeer van ons bureau past. Assertief, iemand die zijn mond durft open te doen, die zich niet meteen in de hoek laat zetten. Die geen moeite heeft met autoriteit.'
De stagecoördinator is even stil. Hij haalt hoorbaar adem voor hij zegt: 'Ik zal je de ergste studenten sturen die we in huis hebben. Hoeveel wil je er?'
Opgelucht zegt ze: 'Drie om te beginnen. Graag ook een reservelijstje, dan hebben we wat te kiezen.' En ze neemt zich voor te zorgen dat de meest arrogante assertieve onbeschofte student de baan krijgt.

© Els Ackerman

juli 2009