Sarkozy in Marrakech
Klik hier voor groter...

Marrakech

 
Als ik tussen de middag het hotel uitkom weet ik niet wat ik zie. Rijendik staan de mensen langs de weg van het vliegveld naar de stad. De zon brandt. Om de vijf meter een soldaat, jongens zijn het nog, het uniform slobbert om hun iele schouders.
'Le Roi' ontvangt Sarkozy in Marrakech, hoor ik. Sarkozy, ook hier.
In de verte nadert gebrom van helikopters en motoren. Vrouwen gillen en zwaaien met poppen waarvan het hoofd bestaat uit een bos bloemen. Jongens in rode djellaba's blazen op klaroenen en zorgen voor opzwepend getrommel.
Meestal mijd ik dit soort gelegenheden. Nu sta ik, net aangekomen in Marrakech, in mijn handen te klappen.
Sarkozy houdt zich vast aan het handvat vóór hem. Hij lijkt overdonderd. Met één hand zwaait hij af en toe naar het publiek. Vanaf zijn middenrif steekt hij uit boven het dak van de kolossale Mercedes. Naast hem de koning van Marokko, Mohammed VI. Die wuift, kennelijk gewend aan zijn plaats in de auto, losjes met beide handen naar zijn onderdanen. Kinderen zwaaien met Franse en Marokkaanse vlaggetjes.
De stoet zoeft voorbij. Zeven motoren in V-vorm breken de trillende lucht vóór de koninklijke Mercedes. Nog eens tien motoren omzwermen de auto van de twee mannen in donker pak, zonnebrillen op, haren strak naar achteren. Het heeft iets komisch en toch ben ik onder de indruk.
's Avonds zie ik op de televisie hoe bij de ontvangst op het paleis, aan het eind van de middag, zwierige ruiters de motoren vervangen.

Na een paar dagen Marrakech begrijp ik waarom Mohammed VI Sarkozy juist híer verwelkomde en niet in de hoofdstad Rabat. Een kwestie van imponeren.
Het zindert in Marrakech. De opwinding hangt in de lucht. Elke dag 15000 bezoekers schijnt het. Ze lossen moeiteloos op in de uitgestrekte stad.
Overal wordt gebouwd. Woonwijken en winkels schieten uit de grond. De onroerend goed prijzen gaan over de kop. Het lijkt of alle Fransen een tweede huis in Marrakech willen. Tony Blair zit er ook.
Het eten is goedkoop, op straat voel ik me veilig en de zon schijnt overvloedig. De sneeuw van de Hoge Atlas ligt onder handbereik. Brood smaakt hier naar brood en kip naar kip.
En de medina betovert me net als in 1970. 'Hippie, hippie,' riepen ze me toen na. 's Avonds rookten we op het grote plein onze zojuist aangeschafte hasjpijpjes en werden ziek van het eten uit de kraampjes. Kif (hasj) proberen ze je niet meer te verkopen. Duizenden brommertjes vergeven nu de lucht zoals in elke opkomende stad in Azië. Maar dit is Afrika. De boodschap van Mohammed VI is duidelijk: Marrakech is 'booming' en Marokko volgt in het voetspoor.

© Dick van den Berg

oktober 2007