Gergiev

 
In september 2002 ging een handjevol luisteraars totaal verloren in de Grote Zaal van de Doelen. De leegste Grote Zaal die ik ooit zag. Ik schaamde me voor mijn stad. Het was de eerste masterclass 'directie' die Gergiev in Rotterdam gaf. Sindsdien voel ik mij een leerling van hem.
De drie jonge dirigenten die optraden gingen er vol in, niet gehinderd door het vooruitzicht fijntjes gefileerd te worden of om publiekelijk de kluts kwijt te raken.
De meer dan honderd mannen en vrouwen van The Rotterdam Young Philharmonic en het Toonkunst Koor waren onvermoeibaar. Ze bleven scherp, zelfs na talloze herhalingen.
En Gergiev? Hij stelde vragen. Aan de violiste op de laatste rij van het orkest, uiterst links van de dirigent vroeg hij of de dirigent haar had aangekeken tijdens de uitvoering. Zij schudde het hoofd. En of ze dat wel zou willen? Ze knikte. Gegrinnik alom.
Bij een ander zei hij: 'Zullen we eens kijken wat er gebeurt als je niet voortdurend de maat slaat?' (Het orkest speelde perfect verder) 'They know what to do. What are you going to do with all the space you get?'
Uiteindelijk wist hij elke leerling te raken in zijn blinde vlek, net één niveau dieper dan ik verwachtte.
Zo nu en dan had hij een wijs woord: 'De makkelijkste concerten zijn het gevaarlijkst'. En het allermooiste: zelfs ík kon horen dat het na zijn aanwijzingen een stuk beter klonk.
Kijk naar de film die Sonia Herman Dolz maakte van deze masterclass: 'De meester en zijn leerling', verplichte kost voor iedereen die les geeft.
Toch heeft Gergiev nog een ander specialisme. Hij heeft het staan tot kunst verheven. Minutenlang stond hij schuin achter zijn leerlingen, hand aan de kin, peinzend of hij zou onderbreken, kaarsrecht, af en toe een been verplaatsend, soms ingehouden meedirigerend, dan weer vooroverleunend om ogen en gezichtsuitdrukking van de dirigent te kunnen zien, soms op de achterste rij van het orkest het geheel observerend. De enkele keer dat hij iets voordeed: breed staand, met ogen zo groot dat je in het oogwit kon zwemmen en met meer expressie en elastiek in zijn lijf dan zijn leerlingen samen lieten zien.

Vijf jaar later, tijdens het Gergiev-festival 2007 zaten er bij zijn masterclass zeshonderd mensen in de zaal. Dat optreden was trouwens minder glanzend dan de eerste keer. Hij was moe. Gergiev is druk, te druk. Hij treedt overal op, schijnt in het vliegtuig te wonen. Blijkbaar kan hij niet anders. Een kaars die aan twee kanten tegelijk brandt...
Als ik hem bezig zie ben ik verbaasd dat hij er weer vermoeider uitziet dan de vorige keer. Wat ik hoor lijkt direct uit de muzikale hemel te komen.

© Dick van den Berg

september 2008