Brug Alamillo van Calatrava in Sevilla
foto Dick van den Berg
Klik hier voor groter...

Bruggen

 
Sevilla. Stad van socialistisch bestuur en streng katholiek opgevoede meisjes. Machomannen en homokroegen. Waar het geld rolt en de bedelaars hun vaste stek hebben. De fel gekleurde stoffen voor de flamencojurken kan je er per meter kopen. In April is het verrukkelijk in de oude binnenstad.
Maar ik wil de brug zien. De Alamillo-brug over de Quadalquivir. Ontwerp van de geniale architect Calatrava voor de wereldtentoonstelling in 1992. Eén kaarsrechte, los achterover hangende pyloon met daaraan alle tuien die de brug dragen. Spectaculair. Calatrava-bruggen zijn gewild over de hele wereld, je kan er als stad je imago mee oppoetsen.
De tweede dag ga ik kijken. En och, wat valt hij tegen.
De brug van Calatrava ligt er "flojo" bij. Spreek uit "floggo" met een zo scherp mogelijke Spaanse "g". Slordig betekent het. Al jarenlang familietaal bij mij, ooit uit Spanje meegekomen.
De promenade aan de oostkant is verwaarloosd, graffiti op de muren. Geen wandelaar te bekennen. De vangrail in het midden van de brug verspringt overal in hoogte. De pyloon is vaal wit; hij oogt iel en wat stijfjes. Ver van het oude stadshart van Sevilla loopt de brug van niks naar nergens: vanaf een groot voetgangersonvriendelijk verkeersplein voert hij een zesbaans autoweg over de rivier naar de noordrand van het desolate terrein van de wereldtentoonstelling. Verloren ligt hier het resultaat van de Andalusische dadendrang om Barcelona en Madrid te overtroeven.

Rotterdam. Minstens zo ambitieus als Sevilla, altijd in competitie met die andere stad. Het litteken van de brandgrens uit 1940 bakent de nieuwbouw af. Geen traditionele fiesta's in de Maasstad. Hier bedenken ze het ene festival na het andere. Èn er ligt een brug.
Door Ben van Berkel afgekeken van Calatrava. De pyloon hangt niet zo los achterover, is minder gewaagd. Maar de knik erin maakt hem elegant: de Zwaan. Alles is forser aan de Erasmusbrug maar dat hoort bij een stad die groot gemaakt is door bootwerkers en kolensjouwers.
De Zwaan heeft een plek in het hart van de stad, een nieuwe stad waarin hij perfect past. Na wat wiebelige aanloopproblemen ligt hij er mooi bij, 's avonds badend in zoet schijnwerperlicht.
Alles klopt aan die brug. Het is geen Calatrava maar soms moet je je zegeningen tellen.

© Dick van den Berg

juni 2007